Lilian Finn is een 31-jarige auteur, spreker en designer, getrouwd met C. en moeder van N. (4). Haar hoofd is vaak een grote warboel vol anekdotes uit haar eigen leven. Favoriete plekje in huis: de wc, waar een groot bord hangt met foute magneetjes en foto’s van mooie momenten. In iedere column van haar hand, neemt ze je mee in haar gedachten en showt ze een magneet!
Geen tijd om te column te lezen? Luister hem dan direct hier! 👇
TW: Kinderwens, zwanger zijn en keuzes rondom gezinsgrootte.
Met dit stuk wil ik niemand kwaad doen, juist open kaart spelen in welke keuzes ieder gezin kan en mag maken. Heb jij te maken met (secundaire) kinderloosheid? Dan kan dit stuk triggerend werken. Weet dat ik aan je denk en dat je niet de enige bent die dit door gaat. Stel me gerust vragen en ik luister graag.
Lilian houdt het bij eentje
Mijn zoon is mijn eerste en mijn laatste. Zo dat is er uit. Online dan, want IRL heb ik het al wel vaker gezegd. Vaak stuit ik dan op weerstand.
- Jij bedenkt je nog wel
- Zegt nooit nooit hè
- Ach dat is wel zielig hoor
- Als straks het huis leeg is, dan
- Hoe kun je dat nu zeggen?
- Kinderen krijgen is een zegen!
Plus nog vele andere variaties. En ja, het is een zegen om kinderen te mogen krijgen. Als én wanneer dit jouw eigen keuze is. Er zijn verschillende reden dat mijn zoon geen broertje of zusje krijgt. Eigenlijk zou ik geen reden hoeven geven, waarom we het zo laten. Graag ben ik eerlijk in wat het voor ons betekent, dat we het bij eentje houden. Want hoe opener we praten over struggles en keuzes, hoe beter we naar elkaar luisteren, hoe fijner we het met elkaar kunnen hebben.
Van twee streepjes naar een gebroken moeder
Voordat Charles en ik wat met elkaar kregen, waren we over het over kinderen al eens: wij hadden beide geen kinderwens. Die wens veranderde toen we een tijdje met elkaar liepen en echt een toekomst met elkaar zagen. In die tijd hadden we het steeds vaker over het krijgen van een kindje. Niet kinderen; kind. We wilden niets uitsluiten, maar we baseerden wel een hoop keuzes op het feit dat we niet meerdere zouden krijgen.
Gewenst en gepland werd ik zwanger van onze zoon. Spannend hoor, zo’n eerste keer! En waar de spanning wegebde toen we de 12 weken passeerden, een goede nipt-test hadden en later een fijne 20 weken echo, voelde ik me steeds minder goed. Zonder al te veel in details te treden, kan ik je zeggen dat ik een traumatische zwangerschap heb gehad met meerdere ziekenhuisopnames en er was een kans dat ik de bevalling niet zou overleven. Dat is niet niets en daar kwam na de bevalling ook nog eens – heel gezellig wel hoor – een postnatale depressie bovenop.
Daar zat ik dan. Met een gezond kind, dat wel. Alleen, mijn lijf was stuk en mentaal lag ik in gruzelementen. Ik was kapot en kon niet meer. De PTSS en depressies knaagden aan me en steeds en steeds helderder werd dat het bij onze zoon zou blijven. Waar ik in de zwangerschap eerst nog een beetje bijdraaide naar ‘zeg nooit nooit’, bleef manlief sterk overtuigd dat onze oorspronkelijke keuze goed bij ons past. En je mag best weten, dat doet verdriet.
Rouwen om een keuze
Verdriet omdat je nooit meer een kindje zult dragen. Verdriet omdat je graag een andere ervaring zou willen hebben. Verdriet omdat je nooit meer zo’n kleintje van een paar uur oud zult hebben dat gelukzalig op je ligt. Verdriet omdat alle eerste keren ook meteen de laatste keren zijn en ik er aardig wat heb gemist door de depressies.
Heen en weer geslingerd worden in dit proces, wat eigenlijk gewoon een rouwproces was. Je neemt met deze keuze best veel opties weg, hoe bewust je dat ook doet. Dat moet je verwerken en ik heb daar om gerouwd. Stiekem had ik graag een dochter gekregen. Met deze keuze zou het dat er zeker weten niet van komen. Dat doet verdriet en daar heb ik best een traan om gelaten. Het meeste verdriet komt echter niet vanuit mezelf, maar van de buitenwereld. Het onbegrip. Waarom Charles zich, toen de Nox anderhalf was, al liet steriliseren? Hoe konden we nu al weten dat het echt goed was zo? Eerlijk gezegd, dat konden we niet met de volle honderd procent. Wel met 95 en waar we helemaal zeker van waren is dat er geen kindje meer uit mijn buik komt. Ik was erg blij dat Charles een knip liet zetten. Want ondanks de spiraal was ik iedere maand doodsbang. Bang dat ik per ongeluk zwanger zou raken. Ik wist niet eens meer hoe ik voor mezelf moest zorgen, laat staan voor zo’n nieuw klein wezentje. Niet te vergeten dat het ook maar de vraag zou zijn of ik een tweede zwangerschap zou overleven. Fysiek en mentaal.
De uitspraak ‘ik heb liever één kind en een vrouw, dan twee kinderen en geen vrouw’ is mij altijd bijgebleven. Charles maakte deze uitspraak met regelmaat, wanneer ik toch weer ging twijfelen. Niet dat ik perse de behoefte heb aan een tweede kindje. Ik vind het opvoeden best een pittige klus, zeker nu hij steeds ouder wordt. Waar het eerst draaide om het juist timen van een boertje of het verschonen van een luier, wil je hem nu normen en waarden meegeven. Regels bijbrengen ook, alhoewel je ook wilt dat je kind zo lang mogelijk lekker zichzelf blijft. De twijfel zat er vooral voor voor onze zoon. Niet dat je altijd even goed met een broer of zus door de deur kan, het is wel normaal. Ach, wat is normaal?
Het lijkt mij juist heel normaal dat we kiezen voor een gezonde moeder, die een goede en liefdevolle band heeft meer haar kind(eren). Het lijkt mij normaal dat we stimuleren dat familie uit vele vormen en maten bestaat en dat goede vrienden net zo goed als bloed kunnen voelen. Het lijkt mij normaal dat we andermans keuze accepteren, zonder een uitleg zoals hierboven. Het lijkt me normaal dat ik ook ‘zonder een goede redenen’ deze keuze mag én kan maken. Het lijkt mij normaal dat we zien hoe een moeder die een keuze maakt – voor haarzelf en haar gezin – echt in het leven staat: vol liefde en met een zwaar hart.
Want de niet-normaal-keuze, daar wordt juist extra over nagedacht.
Dus voor de goede orde:
- Nee, ik bedenk me niet. Echt niet. En ik respecteer jouw keuze voor tweede/derde/vierde, want ik snap echt hoe graag je een kindje wenst. Ik gun het je van harte en zal je steunen. Ik zal je niet zeggen dat dit je eigen keuze is, als ze allemaal niet slapen/luisteren/eten. Dan laat ik je uithuilen op m’n schouder en verzeker ik je dat je het echt goed doet. Moeder zijn is ook gewoon een hele dagtaak en hard werken! We doen allemaal maar wat, met de beste bedoelingen voor onze kinderen.
- Er zitten vele kindjes in mijn hart, alleen komt er maar één uit m’n buik. Ik ben net zo trots op de mijlpalen van kinderen van mijn vriendinnen, net zo trots op het behalen van een (zwem)diploma van mijn nichtjes/neefjes. Allemaal gun ik ze de wereld en Tanteleen is hun grootste supporter.
- Mijn zoon heeft meer vriendjes dan vingers en is een mega sociaal kind. Hij speelt heerlijk bij anderen, doet het goed in de klas en deelt fantastisch voor een vierjarige. Hij weet namelijk niet beter dan dat al het speelgoed wat er thuis is en de koekjestrommel gedeeld gaat worden met kinderen die op bezoek komen. Best handig eigenlijk.
- Als straks het huis leeg is, ga ik genieten van de tijd met mijn man en vinden we wel een ander tijdverdrijf. Gaan we eindelijk onze huwelijksreis inhalen of gewoon zomaar random op een dinsdag ergens wat drinken zonder het halve huis mee te slepen. Oeh wie weet ga ik dan ook vaker in m’n eentje weer op stap en haal ik tijd met vriendinnen in. Lijkt me best luxe.
- Nou, dat zeg ik ook niet gemakkelijk, want het leven is niet gemakkelijk en keuzes maken al helemaal niet.
- Kinderen krijgen is zeker fantastisch, een levende moeder hebben ook. En als ik het zelf in de hand heb, biedt ik mijn zoon nog heel graag en heel lang een moeder aan zijn zijde.
Lang verhaal kort: ja, mijn zoon is en blijft enigst kind. En om welke reden jij het net zo of juist anders doet, laten we elkaar steunen. Want wij moeders zijn zo’n top-community als we elkaar helpen.